De verzetsman Gerrit Kleinveld, een van de oprichters van de Raad van Verzet en vooral beroemd vanwege zijn unieke ontsnapping uit kamp Amersfoort (verfilmd in "De Bunker" met Tom Hoffman - 1992), duikt in 1943 op in de geschiedenis van het verzet van Sexbierum onder de schuilnaam(*) 'Joop Willemse' samen met zijn vrouw 'Gijsje' (Gijbertha van Voorthuizen) en hun dan vierjarige zoontje.

Na zijn ontsnapping uit de 'bunker' van Amersfoort (01-03-1943) is hij in juni '43 betrokken bij een niet geslaagde 'gijzelingsactie' om zijn ter dood veroordeelde zwager Evert van Voorhuizen vrij te krijgen uit het 'Oranjehotel' te Scheveningen.

In juli '43 duikt hij onder in Friesland met vrouw en kind. Gijsje en kind zitten in november '43 ondergedoken bij Jan Bruinsma op boerderij Vredenoord te Sexbierum. Gerrit is ondergedoken in Wijnaldum bij dominee Qua(c)k.  

Gerrit Kleinveld (rechts), 1945

Een ex-vriendin van Evert van Voorhuizen, Petri (Hanny?) van den Hengel (koerierster KP Zuid, met Theo Dobbe c.s.) is op dat moment ondergedoken te Sexbierum bij Lieuwe Bootsma en wordt verschillende keren opgezocht door Gerrit. Zij duikt later onder in Harlingen. Op het adres van Bootsma wordt na het vertrek van Petri regelmatig 'wasgoed' afgegeven en opgehaald door 'Ries' oftwel Emmy Poldervaart, die net als Gerrit lid was van de Raad van Verzet en actief als koerierster.

Tijdens de razzia van 22/23 nov. '43 wordt Gijsje (schuilnaam: Zuidervelt) opgepakt op de boerderij van Jan Bruinsma en afgevoerd naar het Huis van Bewaring te Groningen. Nadat een geplande bevrijdingsactie op het laatste moment niet doorgaat, zoekt Gerrit de onderdirecteur van het Huis van Bewaring op. Onder dreiging van een pistool en represailles belooft deze Gijsje binnen drie dagen vrij te laten. Dit is daadwerkelijk het geval (22-01-1944), waarbij ze gevolgd wordt door de SD die daarmee Gerrit hoopt op te pakken.

In Groningen duiken Gerrit en Gijsje (allereerst) onder bij Prof. J.H. Brouwer, sinds '41 hoogleraar Fries & Gothisch aan de universiteit van Groningen. Beide zijn via verschillende onderduikadressen tot het einde van de oorlog uit handen van de Duitsers gebleven.

Over prof. J.H. Brouwer vindt na de oorlog (eind jaren '70) nog een heftige discussie plaats via ingezonden brieven van de Leeuwarden Courant over zijn wel of niet pro-Duitse i.c onvoldoende anti-Duitse houding. Ook L. Bootsma mengt zich hierin.

*) Gerrit heeft tijdens de oorlog talloze (16!) schuilnamen gehanteerd (o.a. Groothof, Budding).